Vroeger, toen er nog geen stroom was in huis en er ’s winters nog veel meer sneeuw lag, maakten de bewoners van de dalen in de knusse Zuid-Tiroolse huisjes het zich gezellig met brei- or naaiwerk, of brachten gewoon tijd door met hun naasten. De met alpendenhout gelambriseerde woonkamer was een rust- en stilteplek. Een ontmoetingsplek voor het hele gezin.
Overigens was het leven vroeger in alle opzichten nog meer hygge. De mensen stonden op zodra het licht werd en gingen naar bed als het donker werd. Ze volgden het ritme van de natuur. Natuurlijk zouden wij dat alles tegenwoordig helemaal niet meer kunnen, maar toch kun je in de vakantie nog het een en ander van toen afkijken en het op dezelfde stilteplekken gezellig maken. De vertrekken in Zuid-Tiroolse hotels, pensions, restaurants, logementen of wijnhuisjes zijn nog steeds even behaaglijk als destijds: met hun houten lambrisering of een gezellige tegelkachel om tegenaan te leunen. Hyggeliger dan hyggelig. Hygg-zalig zogezegd.
En het maakt niet uit of het nu een oude boerenwoonkamer of de salon van een designerhotel betreft – overal kun je weldadig openhaardvuur zien, de geur van hout ruiken, in zachte kussens wegzakken en genieten van de heerlijke mediterrane keuken uit het Alpengebied. Gewone, kleine dingetjes voor een prettig gevoel. Met daarbij nog spannende verhalen van vroeger, over het leven in de bergen. Ja, zo ziet gelukkig zijn er ongetwijfeld uit.